Een week eerlijk eten: waarom zouden we het niet gewoon proberen? Echtgenoot Bouke houdt wel van een experiment, maar Tom (8) kijkt zorgelijk: “Krijgen we wel genoeg als we eerlijk moeten delen?” Eva (11) vreest bakstenen boterhammen. Haar vriendinnen kondigen demonstratief aan dat ze deze week niet komen eten.

Maandag

De boodschappenlijst. Met welke boodschappen kunnen we oneerlijke wereldhandel te lijf? Wat mag perse niet op mijn lijstje? En nu ik toch verantwoord bezig ben: kan het milieu ondertussen zoveel mogelijk gespaard worden? “Koop bij mij,” zegt Rens van den Bulck van Rio de Bio, de biologische winkel om de hoek. Hij is begaan met eerlijke handel en kent het verhaal achter minstens de helft van zijn 3000 producten.

Toch maar even bellen met onpartijdige deskundigen. “In ieder geval geen tropische garnalen kopen”, adviseert Johan Verburg van Novib. En sperziebonen uit Senegal? Die natuurlijk wel: “daar help je de boeren in Afrika mee.”

Bij Goede Waar en co, consumentenvereniging voor mens-dier- en milieuvriendelijk consumeren, vinden ze juist dat ik die bonen in het schap moet laten liggen. Scheelt duizenden milieuverpestende voedselkilometers. Koop zoveel mogelijk biologische waar met EKO- keurmerk uit Nederland. Eet weinig vlees en let bij tropische producten op het Max Havelaar- keurmerk of Fair Trade-merk, luidt het advies.

“Je mag alles eten , als je de winkelier maar vraagt of zijn producten fair zijn”, vindt Eelco Fortuijn van FairFood. “Vervolgens kan je zelf een bewuste keuze maken.” Wat bedoelt hij precies met ‘fair’? “Het gaat niet alleen om een eerlijke prijs voor de arme boer, maar ook om de buren van de boer. Worden die er ook beter van? En vindt de verwerking in het land van herkomst plaats? Max Havelaar houdt daar niet altijd rekening mee.” Er zijn nog veel meer aspecten waar je op moet letten, vertelt Fortuijn. Hij belooft alvast de vragenlijst op te sturen, waarmee FairFood vanaf begin januari de “fairness”van producten wil achterhalen.

Het duizelt me, maar gelukkig gaat de bel. De postbode komt het ‘(H)eerlijk eten-pakket’ bezorgen dat ik drie dagen eerder via internet heb besteld. Boordevol informatie, maar ook recept en ingrediënten voor een (h)eerlijke maaltijd, belooft de website van het Centrum voor Mondiaal Onderwijs. Voor 6 euro, een koopje! Nieuwsgierig maak ik de doos samen met Tom open. Zijn gezicht betrekt als hij uit de stapels papier drie potjes EKO maïs, een pak biologisch meel, bouillonpoeder en een doosje Max Havelaar thee vist. Dat valt tegen. Alleen de ingrediënten voor het voorgerecht-maissoep- zitten in de doos. Voor het (h)eerlijke hoofd-en nagerecht moeten we zelf naar de winkel, meldt de leverancier in een begeleidend briefje. Nog net voor sluitingstijd bemachtig ik een paar biologische avocado’s, eieren en room. De maissoep is flauw, maar de guacamole smaakt goed. Net als de tortilla’s, die ik van het overgebleven meel gebakken heb. Anderhalf uur in de keuken gestaan, dat wel.

Dinsdag

Boodschappen doen. Mijn favoriete voordeelsuper sla ik deze week maar over. Op naar de Fair Trade Shop in de Utrechtse Lijnmarkt. Daar kan de consument die een “eigentijds actueel leven leidt (..) maatschappelijke betrokkenheid omzetten in concreet koopgedrag” juicht de reclamefolder. Winkelmandjes hebben ze niet in de strakke, zojuist gerestylde shop. In het levensmiddelenschap staan peperdure chutneys, dressings en exotische olie in miniflesjes artistiek uitgestald. Rietsuiker is uit het assortiment verdwenen. “Dat past niet meer bij onze uitstraling”, zegt de kekke verkoper. Ik kies fair trade vruchtensap, jam, koffie, honing, peper, olie, noedels, mosterd, en azijn. Vooruit, ook de chilliberry -zongedroogde tomaatjes (4,99 voor 250 gram)- erbij. Eerlijke handel mag wat kosten. Ik blijf steken bij het zout: vier lullige buisjes Afrikaans gekruid zout in een houder van ijzerdraad: 11,99 euro. Is dit geen vergissing? “De meerprijs komt ten goede aan de producenten”, zegt de verkoper gedecideerd. Hoeveel is dat? Dat moet ik maar op de website opzoeken. Ik reken 28,30 euro af en probeer niet aan de kar met boodschappen te denken die ik voor hetzelfde geld bij de voordeelsuper in kan laden.

Op de website van Fair Trade is niets te vinden over de kostprijs van het gekruide zout, maar het hoofdkantoor belooft zo snel mogelijk inzicht te geven.

Woensdag

Op het menu staan sperziebonen, tomatensla, groenteballetjes en rijst met pindasaus. Eerst naar Albert Heijn. Die verkoopt sinds kort biologische Max Havelaar sperziebonen uit Egypte. De groenteverkoper kijkt alsof hij het in Keulen hoort donderen als ik er naar vraag. Max Havelaar, dat is toch koffie? Misschien bij een groter filiaal, oppert hij. Maar in de grote AH winkel tien minuten verderop is geen eerlijke sperzieboon te bekennen. Ook de eerlijke avocado’s, sinaasappels en druiven schitteren door afwezigheid. “Wij zijn een studentenwinkel,”verklaart de bedrijfsleider. “Dat fruit is te duur.”

“Geen nood, ik verkoop precies dezelfde Egyptische sperziebonen”, zegt Rens van de biologische buurtsuper als ik drie kwartier later de winkel binnenren. Mooie bonen, maar het Max Havelaar-keurmerk ontbreekt. Moet ik hem op zijn blauwe ogen geloven? Ik bel importeur Eosta. Die wil geen uitsluitsel geven, maar vertelt dat hij ook bonen van de buurman van de Egyptische Max Havelaar-boer importeert “Het is goed mogelijk dat die buurman meer voor zijn boontjes heeft gekregen”, maakt hij het nog ingewikkelder. “Max Havelaar garandeert wel een minimumprijs, maar betaalt niet altijd de hoogste prijs.” Meenemen dan maar, net als de eko-basmatirijst. Die komt van kleine boeren uit India. “Geïmporteerd door een Indiase dame, die bij een ontwikkelingsorganisatie heeft gewerkt”, vertelt Rens. “Dat zit wel goed.”De biologische pindakaas uit China laat ik na een telefoontje met distributeur De Nieuwe Band toch maar staan. “Niet kopen, als het je om eerlijke handel gaat”, zegt een medewerker na een lange stilte. Het is hoogst onzeker of de straatarme Chinese pindaboeren iets extra’s aan de dure pindakaas overhouden. Snel terug naar de Fair Trade shop, om kerriesaus te halen.

Er is post over het eerlijke zoutvaatje. Van de verkoopprijs van 11,99 gaat 96 cent naar de medewerkers van Zuidafrikaanse Khoisan Seaweed Salt voor het oogsten en verpakken van het zout, de Zuidafrikaanse producent van het metalen rekje vangt 2,28 euro en 14 cent wordt in een scholingsfonds gestort. De marge voor Fair Trade en detailhandel is ruim 5 euro. Kassa!

Donderdag

Nee hè. De Super de Boer in de buurt verkoopt toch geen Max Havelaar hagelslag, zoals aangekondigd. Wel 12 andere soorten. “ Je bent de zoveelste die er naar vraagt, ”zegt de vriendelijke verkoopster. “Ik ga het maar weer eens bij de baas aankaarten.” Gelukkig is Nutella-chocopasta van Ferrero Rocher ook in orde, heeft Eelco Fortuijn verteld.. Het Italiaanse bedrijf koopt cacao bij dezelfde coöperaties als Max Havelaar en geeft de cacaoboeren zelfs betere financiële voorwaarden. De Ferrrero pralines gaan ook in de winkelwagen: het eerlijke leven is goed!

Voor fair trade bananen en Oké sinaasappelen moet ik naar de Plus Supermarkt. Kan ik direct eerlijke Vinezwijn inslaan. Wel weer een kwartier fietsen met wind tegen.

Bij Plus zit de straatnieuwsverkoper lekker binnen. Hij mag de hele dag gratis koffie tappen. Fijn! Als praktisch idealist ben ik net zo goed begaan met de zwerver uit de buurt als met kindslaven in Verweggistan.

De eerlijke bananen hebben bruine spikkels en de plastic verpakking is beslagen. De losse Chiquitabananen met het groene kikkerkeurmerk van de Rainforest Alliance zien er een stuk appetijtelijker uit. Iets minder fair, maar ieder stapje in de goede richting moet beloond worden. Daarna nog even snel naar de biologische slager. De kip, van Sjoerd Kok uit Lelystad, heeft door de ophokplicht niet lekker buiten kunnen scharrelen. “Maar ze heeft stukken beter gehad dan een gewone vleeskip”, verzekert de slager. Dat mag ook wel, voor ruim twee euro per ons.

’s Avonds komt oma eten. De Vietnamese noedels met roergebakken kip smaken haar prima. Jammer dat de biologische witte uien rot bleken, net als de helft van de Oké- sinaasappels. Oma’s zelfgebakken appeltaart maakt veel goed. Ik vraag maar niet waar ze de ingrediënten vandaan heeft: een gegeven paard moet je niet in de bek kijken.

Vrijdag

Op vrijdag eten we feestelijk. Ik heb een recept uitgezocht in het Fair Trade kookboek “Tasty Colours”: gegrilde tonijn met chilliberry , salade met avocado-olie en stokbrood. De biologische sla en tomaten komen dit keer van de stadskwekerij: zo houden we het aantal voedselkilometers binnen de perken. De visvrouw van de kleine viswinkel in de Nobelstraat heeft prachtig roze wilde tonijn uit de Alaska: “eerlijk en heerlijk”glundert ze als ze er steaks van snijdt. Bouke leeft zich uit in de keuken.

Na het eten belt een vriendin. Ik vertel enthousiast dat we uitstekend hebben gegeten. En zo prettig dat het ook verantwoord was. “Tonijn?” roept ze ontzet. “Dat is hartstikke foute vis!” Ze heeft gelijk, zie ik op de snel gedownloade Vis-A-Card van Greenpeace. Bij tonijn staan drie dikke rode stippen: verboden wegens overbevissing en bijvangst. Morgen weer een nieuwe kans. “Schuldgevoel draagt niet bij aan een betere wereld”, schrijven Natasja van den Berg en Sophie Koerts in hun handboek voor beginnende wereldverbeteraars.

Zaterdag

Vis krijgt een herkansing. Frank’s Smoke House in Amsterdam blijkt de enige viswinkel in Nederland met een MSC-Keurmerk voor duurzame vis. Te ver. Dan maar vissticks van Iglo: die hebben hetzelfde keurmerk en kunnen we dus met goed geweten eten. Lekker goedkoop ook.

Zondag

Vrienden komen borrelen. Ze hebben wijn, Afrikaanse partychips en African dipper van de Fair Tradeshop meegenomen. “Niet verkeerd, maar hij heeft weinig neus”, proeft wijnkenner Sandro. De rode Vinezwijn bevalt beter: zacht en smaakvol. De knapperige, zoet zure partychips en de dippers vliegen er doorheen.

Na al die wijn heb ik geen zin meer om te koken. Ik herinner me het advies van Eelco Fortuijn van FairFood en print zijn inmiddels gearriveerde fairnes- vragenlijst uit. Op naar de snackbar! De Chinese uitbaatster lacht vriendelijk als altijd, als ik haar vraag of haar patatten en kroketten eerlijk zijn geproduceerd. “Natuurlijk! En gezond ook,” wijst ze op de frituurpan “Ik gebruik frituurolie, veel beter dan vet.” De vragen wil ze ooit nog wel eens beantwoorden, maar het is nu echt te druk, zegt ze als ze het dikke pak papier ziet. Onze magen knorren, ik neem genoegen met haar toezegging dat ze duurzame Kwekkeboom lamskroketten gaat inkopen.

Na de frieten likken Eva en Tom tevreden aan een Ben & Jerry’s ijsje uit het vriesvak. Ze willen best nog wel zo’n eerlijke week, zeggen ze. Prima gegeten en niet eens verschrikkelijk duur, vindt Bouke. Ik heb 160 euro uitgegeven, 35 meer dan we normaal aan boodschappen besteden. Komt er een vervolg? Eerst op adem komen. Eerlijk shoppen betekent vooral veel omfietsen, dat is inmiddels wel duidelijk.

Ditty Eimers

Dit artikel las je gratis. Vond je het de moeite waard en wil je jouw waardering laten blijken? Dat kan!

Waardeer je mijn journalistieke werk?

Doneer en help de onafhankelijke journalistiek.

Dit artikel las je gratis. Vond je het de moeite waard en wil je jouw waardering laten blijken?

Dat kan! Door een bijdrage help je me om dit soort artikelen te blijven schrijven.

Contact